
Jurisprudentie
BB0869
Datum uitspraak2007-07-25
Datum gepubliceerd2007-08-02
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Dordrecht
Zaaknummers64546 / HA ZA 06-2315
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2007-08-02
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Dordrecht
Zaaknummers64546 / HA ZA 06-2315
Statusgepubliceerd
Indicatie
Ontvanger vaardigt dwangbevelen uit op grond van (forse) naheffingsaanslagen aan een VOF, die door de Inspecteur als werkgever van prostituees wordt aangemerkt. VOF meent alleen kamer te verhuren.
VOF komt in verzet tegen dwangexecutie (art. 17 Invorderingswet 1990). Verzet is ongegrond. Of het standpunt van de inspecteur juist is, kan in deze procedure slechts marginaal getoetst worden. Er is geen sprake van een kennelijk onjuiste invordering, zodat het verzet ongegrond is.
In reconventie vordert de Ontvanger dat hoger beroep van het vonnis geen schorsende werking heeft. Deze vordering wordt toegewezen, omdat de VOF geen andere reden heeft om het verzet - kansloos- te vervolgen door het instellen van appel dan het verkijgen van uitstel van invordering. Dit belang weegt niet op tegen het belang van de Ontvanger bij het vervolgen van de invordering.
Uitspraak
RECHTBANK DORDRECHT
Sector civiel recht
zaaknummer: 64546 / HA ZA 06-2315
vonnis van de enkelvoudige kamer van 25 juli 2007
in de zaak van
1. de vennootschap onder firma Kamerverhuurbedrijf 82 V.O.F.,
gevestigd te Dordrecht,
2. [eiser/vennoot 1],
wonende te [woonplaats],
3. [eiser/vennoot 2],
wonende te [woonplaats],
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
procureur: mr. V.J. Groot,
tegen
de Ontvanger van de belastingdienst Rijnmond,
gevestigd te Dordrecht,
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
procureur: mr. J.A. Visser.
Partijen worden hieronder aangeduid als Kamerverhuurbedrijf 82, [vennoot 1], [vennoot 2], (Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. voor eisers gezamenlijk) en de Ontvanger.
1. Het procesverloop
De rechtbank heeft kennis genomen van de volgende processtukken:
tussenvonnis van 21 juni 2006 met de daarin genoemde stukken,
proces-verbaal van comparitie van 1 december 2006,
de overgelegde producties.
2. De vaststaande feiten
In conventie en reconventie
2.1 Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, alsmede op grond van de producties, voor zover niet betwist, staat het volgende tussen partijen vast.
2.2 De [vennoot 1] en De [vennoot 2] zijn vennoten van Kamerverhuurbedrijf 82.
2.3 De Inspecteur van de Belastingdienst Rijnmond heeft een onderzoek doen instellen bij Kamerverhuurbedrijf 82 in verband met de Loonbelasting en Omzetbelasting. De bevindingen van de controlemedewerkers zijn neergelegd in een op 21 december 2005 gedateerd rapport (verder te noemen het rapport van 21 december 2005), in welk rapport o.a. nauwkeurig wordt omschreven hoe de in Kamerverhuurbedrijf 82 werkzame prostituees te werk gaan.
2.4 Aan Kamerverhuurbedrijf 82 zijn de op 3 maart 2006 gedagtekende (naheffings) aanslagen betreffende de periode 1 januari 2001 tot 31 december 2005 opgelegd:
a. Omzetbelasting ad € 123.757,00;
b. Loonbelasting ad € 495.011,00.
2.5 De Ontvanger heeft op 6 maart 2006 twee dwangbevelen uitgevaardigd en de belastingschuld terstond invorderbaar verklaard (prod 1 bij antwoord), welke dwangbevelen op 7 maart 2006 aan Kamerverhuurbedrijf 82 zijn betekend.
2.6 Kamerverhuurbedrijf 82 heeft op 7 maart 2006 tegen de aanslagen bezwaar aangetekend en aan de Ontvanger verzocht om uitstel van betaling. Op 14 maart 2006 heeft de Ontvanger het verzoek om uitstel van betaling afgewezen. Kamerverhuurbedrijf 82 heeft tegen deze beslissing geen beroep aangetekend.
2.7 De Ontvanger heeft op 7 maart 2006 executoriaal beslag doen leggen op roerende zaken van Kamerverhuurbedrijf 82. De Ontvanger heeft aan Kamerverhuurbedrijf 82 toegezegd dat hij de executieverkoop zal opschorten totdat de aanslagen onherroepelijk vaststaan.
2.8 De Ontvanger heeft bij beschikking van 11 mei 2006 [vennoot 1] en [vennoot 2] hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de door Kamerverhuurbedrijf 82 verschuldigde aanslagen. Tegen [vennoot 1] en [vennoot 2] zijn geen dwangbevelen uitgevaardigd of betekend. Wel heeft de Ontvanger, na daartoe verkregen verlof, (civiel) conservatoir beslag gelegd op aan hen toebehorende onroerende zaken.
3. De vordering in conventie
De vordering in conventie
3.1 Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. verzoekt de rechtbank dat bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
1. primair: het verzet van Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. tegen het besluit om de aanslagen van de Belastingdienst dadelijk en ineens invorderbaar te verklaren gegrond wordt verklaard;
2. subsidiair: het verzet van Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. tegen de tenuitvoerlegging van de dwangbevelen gegrond wordt verklaard;
3. meer subsidiair: voor zover nog geen aanvang is gemaakt met de tenuitvoerlegging van de dwangbevelen, op voorhand het verzet tegen executie daarvan, gegrond wordt verklaard;
met veroordeling van de Ontvanger in de kosten van de procedure.
3.2 Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. stellen in dit verband het volgende.
De Ontvanger heeft niet aannemelijk gemaakt dat vrees voor verduistering bestaat. Bovendien bieden de civiele beslagen op onroerende zaken ten laste van [vennoot 1] en [vennoot 2] voldoende zekerheid. Het standpunt van Kamerverhuurbedrijf 82 c.s ten aanzien van de beide aanslagen is zeer verdedigbaar.
Het verweer in conventie
De Ontvanger heeft vorderingen weersproken. De inhoud van het verweer zal hierna voor zover nodig nader worden omschreven.
4. De vordering in reconventie
4.1 De Ontvanger verzoekt de rechtbank dat bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
(i) wordt bepaald, dat het door Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. gedane verzet tegen de als productie 1 overgelegde dwangbevelen geen schorsende werking heeft, althans de schorsende werking aan dat verzet te ontzeggen; en
(ii) Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. wordt veroordeeld om te dulden dat de Ontvanger de hiervoor onder genoemde (i) dwangbevelen ten uitvoer legt door alle middelen rechtens, in het bijzonder door executiemaatregelen te treffen
met veroordeling van Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. in de proceskosten.
Hij stelt daartoe het volgende.
4.2 Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. heeft met het uitbrengen van een verzetdagvaarding per onmiddellijk de tenuitvoerlegging van de bestreden dwangbevelen geschorst. De rechter kan deze schorsende werking ontzeggen indien het zo duidelijk kansloos is dat het belang van Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. bij handhaving van de schorsende werking niet opweegt tegen het belang van de Ontvanger bij de voortzetting van de invordering. Het verzet is kansloos nu Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. uitsluitend verzet heeft aangetekend met als doel de dwanginvordering uit te stellen. Zij heeft daarmee misbruik van haar bevoegdheid gemaakt.
Het verweer in reconventie
4.3 Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. hebben de vordering weersproken. De inhoud van het verweer zal hierna voor zover nodig nader worden omschreven.
5. De beoordeling van het geschil
in conventie
5.1 Alleen de belastingschuldigde kan verzet instellen tegen de tenuitvoerlegging van een dwangbevel. [vennoot 1] en [vennoot 2] zijn niet aan te merken als belastingschuldigen en tegen hen zijn geen dwangbevelen uitgevaardigd, zodat zij in het verzet niet-ontvankelijk zijn.
5.2 In een civiele procedure kan in beginsel niet worden getoetst of de opgelegde aanslagen juist zijn. Daarover zal worden beslist in de fiscale procedures. In deze procedure kan slechts marginaal getoetst worden of de ontvanger tot invordering mocht overgaan.
Kamerverhuurbedrijf 82 heeft tegenover het rapport van 21 december 2005, en met name de daarin opgenomen verklaringen van de bij Kamerverhuurbedrijf 82 werkzame prostituees, onvoldoende gesteld om te kunnen oordelen dat de Ontvanger op basis van volstrekt willekeurige of evident juridisch onjuiste aanslagen invordert.
5.4 Kamerverhuurbedrijf 82 stelt dat er geen gegronde vrees voor verduistering bestaat. Ook in dit opzicht biedt het rapport van 21 december 2005 voldoende aanwijzing dat de belastingmoraal van Kamerverhuurbedrijf 82 te wensen overlaat, zodat de Ontvanger de vrees voor verduistering op goede gronden heeft aangenomen. Kamerverhuurbedrijf 82 stelt daar feitelijk niets tegenover. Dat de hoofdelijk aansprakelijke vennoten van het bedrijf mogelijk voldoende verhaal bieden doet niet af aan de gegronde vrees dat Kamerverhuurbedrijf 82 vermogensbestanddelen zal verduisteren.
5.5 De Ontvanger heeft het verzoek van Kamerverhuurbedrijf 82 tot uitstel van betaling gemotiveerd afgewezen. Kamerverhuurbedrijf 82 heeft hiertegen geen beroep ingesteld. Kamerverhuurbedrijf 82 heeft niet betwist dat deze beslissing conform het geldende uitstelbeleid is genomen, zodat geen sprake kan zijn van onrechtmatig handelen door de Ontvanger.
5.6 Gelet op vorenstaande is het door Kamerverhuurbedrijf 82 gedane verzet ongegrond, zodat haar vorderingen moeten worden afgewezen.
5.7 Als de in het ongelijk gestelde partij zal Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. worden veroordeeld in de proceskosten.
in reconventie
5.8 [vennoot 1] en [vennoot 2] zijn niet aan te merken als belastingschuldigen. In het door hen ingestelde verzet zijn zij niet ontvankelijk, zodat reeds daarom geen schorsende werking aan eventueel door hen ingesteld hoger beroep toekomt.
5.9 Vast staat dat de Ontvanger mondeling heeft toegezegd de executieverkoop op te schorten totdat de aanslagen in rechte vaststaan. Daaruit volgt evenwel niet dat de Ontvanger geen belang heeft bij zijn vordering. Niet bekend is wanneer de aanslagen onherroepelijk zullen zijn. Een dan nog bestaande schorsing door een appelprocedure zou de tenuitvoerlegging blokkeren.
5.10 Kamerverhuurbedrijf 82 voert in deze procedure vooral inhoudelijke bezwaren aan tegen de opgelegde aanslagen. Tegen de invordering zelf heeft Kamerverhuur 82 feitelijk geen bezwaren aangevoerd. Indien de aanslagen onherroepelijk vaststaan, heeft Kamerverhuurbedrijf 82 geen andere reden om het verzet -kansloos- te vervolgen door het instellen van appel dan het verkrijgen van uitstel van invordering. Dit belang weegt niet op tegen het belang van de Ontvanger bij het vervolgen van de invordering.
5.11 Gelet op vorenstaande zal de vordering worden toegewezen. Als de in het ongelijk gestelde partij zullen Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. worden veroordeeld in de proceskosten.
6. De beslissing
De rechtbank:
in conventie
verklaart [vennoot 1] en [vennoot 2] niet-ontvankelijk;
wijst de vorderingen van Kamerverhuurbedrijf 82 af;
veroordeelt Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van de Ontvanger bepaald op € 904,- aan salaris van de procureur en € 248,- aan verschotten (griffierecht);
verklaart de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
in reconventie
bepaalt dat het door Kamerverhuurbedrijf 82 gedane verzet tegen de hiervoor onder 2.5 omschreven dwangbevelen geen schorsende werking heeft;
veroordeelt Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. om te dulden dat de Ontvanger de hiervoor onder 2.5 omschreven dwangbevelen ten uitvoer legt door alle middelen rechtens, in het bijzonder door executiemaatregelen te treffen;
veroordeelt Kamerverhuurbedrijf 82 c.s. in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van de Ontvanger bepaald op € 452,- aan salaris van de procureur;
verklaart de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.C. Halk en uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 25 juli 2007.